2.6.05

Militairen en rosé

Als je vantevoren plant om ''lekker te gaan stappen'' loopt het vaak uit op een fiasco. Je komt de verkeerde mensen tegen, je botst tegen je ex op, het is druk en je wilt gewoon naar bed. Beslis je echter op de woensdagavond nog even dol te doen en de kroeg in te duiken, heb je de avond van je leven. Zo ondervond ik gisteren.

We waren in het kader van onze toekomst als redacteur of producer naar de opnames van RTL-boulevard geweest, en ik weet niet of het de altijd jolige Albert Verlinde was die me opzweepte een feestje te bouwen of ''Tim van de productie'', maar ik had meer zin in rosé dan ooit. Zo aten Moos en ik thuis een gebakken eitje, toverde ik mezelf om tot een goddess en gingen we op stap. Een schamele tien euro gepind- maar achteraf niet eens noodzakelijk. Lang leve de werkende mannen. Het waren er veel en ze waren leuk. Toen ik ze passeerde om naar het toilet te gaan was het contact gelegd en al snel mengde ik mezelf in de groep. Ik kreeg een knipoog, ik voelde een hand in m'n zij, eentje wilde een soort spel met me spelen waarin ik moest raden waar hij woonde, ze hadden allemaal hun eigen tactiek, maar wat waren ze blij weer eens vrouwen te zien. Op de vraag wat ik studeerde antwoordde ik in eerste instantie 'Media en Informatie Management', even later afgekort tot 'Media Management' en na drie rosé gewoon 'Media'. 'Goh, interessant zeg'.

De mannen deden heel wat anders. Zij waren militair. Hadden lekker met z'n allen gegeten bij het wokrestaurant en deden nog een afzakkertje. Als vrijgezel zou er een enorm groot rood alarm boven mijn hoofd moeten gaan loeien. Foute mannen, foute mannen, foute mannen. Moos zou moeten roepen 'Kanééééél, stóóóóp'. Heerlijk; nu niet nodig. En zo hebben we de hele avond schrik gehad met de zandhazen. Maffe verhalen over de kolonel en dan af en toe ook een serieuze noot; 'Hoe was dat nou in Bosnie?'. We hebben gelachen en rosé (de vrouwtjes) en bier (de mannen) gedronken. Tegen kwart over twee was het welletjes en gingen we er vandoor. De overgebleven mannen volgden. De kroeg ging dicht. Drie kussen. We liepen richting Muurhuizen, zij naar een taxi. 'Dag mannen, bedankt voor het lachen en je kunt me lekker toch niet krijgen!'.

Geen opmerkingen: